Mooie 1 mei-viering bij PvdA Hoeksche Waard

10 mei 2019

 

De internationale Dag van de Arbeid werd ook in de Hoeksche Waard traditiegetrouw gevierd.

Het Groningse Tweede Kamerlid, William Moorlag, legde in een helder en boeiend betoog een link tussen de schrijnende arbeidsomstandigheden aan het begin van de vorige eeuw op het Groningse platteland en de slechte ontwikkelingen op dat gebied vandaag de dag.

 

Hierop volgde een geanimeerde en bevlogen gedachtenwisseling over dit thema onder de aanwezigen.

De strijd van onze Kamerleden tegen de mensonterende nul-urencontracten, flexbanen zonder enige inkomensgarantie en de onzekere positie van de vaak noodgedwongen  ZZP-ers, werd uiteraard gesteund.


Dit jaar kende onze afdeling maar liefst zeven jubilarissen.

Vijf personen vanwege hun 25-jarig partijlidmaatschap, een voor 65 jaar en een zelfs voor 70 jaar!

Helaas konden zij niet allen aanwezig zijn.

Ons bestuurslid, Dick Hitzert, sprak de aanwezige jubilarissen toe:

“Het is altijd plezierig om een programma na een maaltijd te kunnen beginnen met het richten van de schijnwerpers op jubilarissen.

In het geval van een politieke partij gaat het dan meestal om mensen die al geruime tijd lid zijn, om leden die trouw blijven aan de idealen van de sociaal-democratie, die strijdt voor een samenleving waarin de individuele mens zich kan ontplooien in verbondenheid met dienstbaarheid aan de samenleving.

De PvdA werd in 1946 opgericht en kiest sindsdien onveranderlijk voor de samenleving van nu en die van later, met het daaraan verbonden lastige verhaal van verandering en verbetering en de daarbij behorende onzekerheden.

Wat mij betreft is er nog helemaal niets mis met de solidariteitsgedachte van wijlen Joop den Uyl en het verlangen naar spreiding van kennis, inkomen en macht.

Het verhaal van de PvdA is net als dat van andere politieke partijen een verhaal van vallen en opstaan, van het samenwerken met geestverwanten en het ontstaan van dierbare en verrijkende vriendschappen.

Er zijn sinds de oprichting van de PvdA veel politieke partijen en groeperingen aan het firmament verschenen en weer verdwenen. En ook onze partij is in zeteltal gedecimeerd. Er is sprake van voorzichtig herstel, maar wij moeten ons ervan bewust zijn dat de ledentallen van partijen blijven dalen.

Bovendien is de kiezer vandaag de dag beweeglijker, sneller en beter en completer geïnformeerd en is hij ook minder trouw. De legitimiteit van politieke partijen staat onder druk en noopt ons tot nadenken over hoe het verder moet.

Allereerst hebben we natuurlijk betrokkenheid nodig en geloof in de veranderingskracht van de politiek. Maatschappelijk engagement betekent niet per se meer dat de kiezer lid is van een politieke partij. De betrokkenheid van mensen komt op een andere manier tot uiting en heeft vooralsnog versplintering van het politieke landschap tot gevolg.

Er is sprake van een dynamiek die kansen biedt en mogelijkheden. Een dynamiek die ons leert dat de democratie geen eindpunt heeft omdat die voortdurend in ontwikkeling is.

Voor ons als sociaaldemocraten is het belangrijk dat wij, net als de oprichters van onze partij in 1946, kinderen van onze tijd zijn. Dat wij onze boodschap aanstekelijk brengen, aantrekkelijk verpakken en onverminderd blijven geloven in onze idealen die garant moeten staan voor electoraal succes.

Politiek vereist een groot verantwoordelijkheidsbesef. Het is een eervol beroep, omdat het berust op vertrouwen van de burgers. Het is ook een moeilijk beroep, vooral in moreel opzicht, omdat er spanning zit tussen enerzijds je overtuiging, anderzijds de noodzaak om tot een resultaat te komen waar je in ethisch opzicht misschien niet helemaal achter kunt staan, maar waar je toch verantwoordelijkheid voor wilt aanvaarden.

En wat de PvdA betreft moet het daarbij gaan om het welzijn van alle burgers, met extra zorg voor de kwetsbare groepen in de samenleving. Die gedachte staat wat mij betreft centraal tijdens de viering van de Dag van de Arbeid op 1 mei 2019.

Er zijn zes mensen die al 25 jaar pijlers zijn van onze partij. Ik wil hun graag het daarbij behorende speldje uitreiken, voor zover zij aanwezig zijn. Zij komen uit alle hoeken en gaten van het eiland en dat is meer dan symbolisch nu de Hoeksche Waard sinds 1 januari 1 gemeente is.

Het gaat om:

De heer E. Adelmund uit Oud-Beijerland

Mevrouw P. van der Bom uit ’s-Gravendeel

Mevrouw C. Haasdijk uit Zuid-Beijerland

De heer H. van Houwelingen uit Puttershoek

Mevrouw M. Tuinder-de Winter uit Numansdorp

Mevrouw M. Reedijk uit Strijen

Helaas konden er van de bovenstaande personen slechts twee aanwezig zijn om de gouden draagspeld van de PvdA opgespeld te krijgen.

De andere drie zullen de speld op een later moment ontvangen.

Ook is er een lid dat al 65 jaar trouw is aan de partij en dat is De heer B. Hagoort uit Numansdorp.

Bas Hagoort was actief in achtereenvolgens Numansdorp, Cromstrijen en de gemeente Hoeksche Waard. Hij is nog altijd lid van de steunfractie en onverminderd betrokken bij het reilen en zeilen van de partij. Voor hem heb ik de Willem Drees-penning.

Noch in Den Haag noch in de Hoeksche Waard hebben we onze ledenlijst helemaal op orde. Er bestond tot kort voor deze bijeenkomst wat verwarring over de jubilarissen, maar één ontdekking deed ons enorm veel goed en dat is dat Arie den Hartog uit ’s-Gravendeel al 70 jaar lid is.

Op 1 juni wordt hij 96 jaar. Arie den Hartog werd geboren in ’s-Gravendeel. Hij begon zijn arbeidzame leven als metaalarbeider en volgde cursussen bij de kaderschool van de Metaalbedrijfsbond die in 1971 opging in de Industriebond NVV.

De bond benoemde Den Hartog in 1956 tot districtsbestuurder in Leeuwarden. Vanaf 1965 vervulde hij deze functie in Dordrecht. In 1970 kwam hij voor de Partij van de Arbeid in de gemeenteraad van Dordrecht. Den Hartog werd in 1978 benoemd tot burgemeester van Geertruidenberg. Toen was zijn schoonvader nog voorzitter van de Tweede Kamer.

Over de motie van wantrouwen die hij in 1985 overleefde moeten we het nog maar eens hebben. In 1988 ging Arie met pensioen en woonde een tijdje in Doetinchem. Enkele jaren geleden kwam hij terug naar ’s-Gravendeel.

En vandaag is hij aanwezig bij de 1 mei viering. Nu is het zo dat er voor mensen die 70 jaar lid zijn niet standaard een speldje is. Het is natuurlijk ook een zeldzaam lang lidmaatschap, want Arie meldde zich drie jaar na de oprichting van de PvdA. Toch willen wij hem in het zonnetje zetten en hebben we voor hem een bos bloemen.

Als blijkt dat er voor zo’n lidmaatschap, in termen van de metaalarbeider die Arie ooit was is dat natuurlijk platina waard, een onderscheiding is, dan komt die alsnog. Het is wel aardig om te bedenken dat de karaktereigenschappen van dit kostbare edelmetaal zijn dat het buigzaam en kneedbaar is.

Ik denk niet dat die karakteristiek van toepassing is op Arie den Hartog, die eerder bekend staat om zijn terriërachtige vasthoudendheid, waarvan hij zelf zegt dat die niet kwaadaardig is maar doelgericht.

(Lees het onderhoudende hoofdstuk van zijn hand in het boek ‘Ruud Lubbers. Manager in de politiek’ van Arendo Joustra en Erik van Venetië.)


Een Ridder

Tijdens de lintjesregen kreeg Martin Honders zijn speldje van de koning. Daaraan willen wij graag een bos bloemen toevoegen en onze felicitaties voor de toekenning van een Koninklijke onderscheiding, Ridder in de Orde van Oranje Nassau.

In het decoratiestelsel heeft die orde tot doel mensen te decoreren die een bijzondere inspanning hebben geleverd ten behoeve van de samenleving.  Op de website van onze partij is te lezen wat de burgemeester daarover heeft gezegd tijdens de uitreiking van de onderscheiding.

Martin komt uit Rotterdam waar hij de eerste schreden op het pad van de politiek zette in Charlois. Daar werd hij bestuurder van de deelgemeente. Nazijn verhuizing naar de Hoeksche Waard werd hij raadslid en vervolgens fractievoorzitter van de PvdA in Binnenmaas. Ook was hij wethouder in Cromstrijen en in Korendijk.

In die laatste gemeente sneuvelde het college waarvan de PvdA deel uitmaakte vorig jaar augustus, in het zicht van de herindeling van de Hoeksche Waard.

Zijn raadslidmaatschap was te kort voor een lintje en wethouders hebben een baan en daar krijg je ook geen lintje voor. Bijzonder is dat Martin is onderscheiden voor activiteiten die zich doorgaans aan het zicht van de meeste mensen onttrekken.

Hij was een van de eerste ambtenaren in Nederland die zich exclusief richtten op integriteit. Hij droeg de waarden en het belang van integer gedrag ook uit in de partij, waar hij bijdroeg aan opleidingen en publicaties. Ook bemiddelde en verzoende Martin bij afdelingen in het land.

Het spreekt voor zich dat het landelijke bestuur de aanvraag warm heeft ondersteund, net als de afdeling Hoeksche Waard.

Martin Honders is in zijn Hoeksche Waardse jaren politiek heel erg actief geweest. Hij beijverde zich voor de samensmelting van de afdelingen en is ook een tijdje voorzitter geweest van de interfractie, zeg maar de politieke bundeling van krachten van de raadsleden in de diverse gemeenten.

Hij voerde ook twee belangrijke integriteitsonderzoeken uit in de HoekscheWaard. Het ene was dat naar de bestuurlijke handel en wandel van de RAD. Zijn onderzoek leidde uiteindelijk tot het afstreden van de toenmalige voorzitter, die ook aftrad als wethouder van Binnenmaas. Daarvoor had hij al het antedateren door een burgemeester van een brief over de verkoop van een pand van de RAD aan een projectontwikkelaar ontdekt. Dat leidde tot strafrechtelijke vervolging en een hoge boete.

Een onderzoek naar de belastering van een partijgenoot was ook van groot belang. Het zorgvuldige feitenrelaas pleitte die partijgenoot vrij en maakte politieke activiteit mogelijk. Deze twee voorbeelden geven aan dat integriteit in alle sectoren van de samenleving belangrijk is en dat het dankzij mensen als Martin is dat we ons daar meer bewust van zijn.”